Deze website maakt gebruikt van cookies en verzamelt browsegegevens om u de beste ervaring te geven. Lees meer over de gegevens die wij opslaan in onze privacy policy.

De discussie over de opname van diefstalgevoelige metalen in het Digitaal Opkopersregister loopt al jaren. Dat debat is nog niet afgelopen maar nadert afronding. De registratie van diefstalgevoelige metalen is onvermijdelijk. De MRF heeft daar geen bezwaar tegen, maar blijft hameren op een realistische invulling. Dit voorjaar vindt een overleg plaats in de Tweede Kamer met de minister van Justitie en Veiligheid over het wetsvoorstel. In dit artikel leest u wat DOR inhoudt, wat de bezwaren en voorstellen van de MRF zijn en hoe het proces van besluitvorming zal verlopen.

Topambtenaar en DOR deskundige mevrouw Van Erpecum van het ministerie. Zij ziet met eigen ogen hoe hoog de bergen metaalschroot zijn.

Van Actie Koperslag naar DOR

Het ministerie van Justitie en Veiligheid stelde jaren geleden voor de gebruikte metalen op te nemen in het DOR, om de heling van de metalen b eter te kunnen bestrijden. Daar was volgens de politie alle aanleiding voor. Al vrij snel werd de MRF verteld wat de plannen waren en werd ons gevraagd wat ons standpunt was. De MRF zat als dé belangenbehartiger van de sector dus direct aan tafel. Ons standpunt was en is altijd geweest: wij leveren al sinds jaar en dag een bijdrage aan de bestrijding van heling en aan extra maatregelen willen we best meewerken, zolang die maar praktisch uitvoerbaar en effectief zijn.

De MRF-leden deden immers met overtuiging mee aan de Actie Koperslag om de heling van koper(legeringen) te bestrijden. Aanbieders van deze diefstalgevoelige metalen moesten zich legitimeren en hun gegevens werden geregistreerd. De Actie Koperslag moest de maatschappelijke schade van koperdiefstallen terugdringen. Die schade aan met name trein- en elektriciteitssystemen was enorm.

Actie Koperslag loopt nog steeds, maar is in de loop der jaren minder effectief geworden, vooral door een gebrek aan handhaving. Die handhaving is noodzakelijk omdat niet alle opkopers zich aan de spelregels houden. Ondanks het aanvankelijke succes van Actie Koperslag, wilden het ministerie en de politie in de strijd tegen heling een extra wapen inzetten. Diefstalgevoelige metalen zouden moeten worden genoteerd in een Digitaal Opkopersregister. Dat stelt de politie in staat om uit het register informatie te halen waarmee dieven en helers kunnen worden opgespoord: wie heeft wat, waar en wanneer aangeboden?

Bulk: onvergelijkbaar met unieke goederen

Dat register bestaat al heel lang voor tweedehands goederen als antiek en juwelen. Voorwerpen die unieke kenmerken hebben. Gebruikte metalen worden in bulk aangeboden en zijn dus niet uniek. Dit onderscheid was het eerste zorgpunt voor de MRF. Heeft het zin bulkgoederen te registreren? De MRF vindt van niet. Overigens: over unieke voorwerpen zoals grafornamenten en bronzen beelden was er geen discussie om die in het DOR op te nemen.

In het DOR komt een bewaartermijn van vijf dagen, als het aan ministerie en politie ligt. Diefstalgevoelige metalen zou je dus vijf dagen op de werf moeten laten liggen, want dan kan de politie binnen vijf dagen een onderzoek doen. Die bewaartermijn is logisch en uitvoerbaar voor unieke en kleine artikelen zoals juwelen en antiek. Maar niet voor metalen: dat is onwerkbaar, geeft weer extra risico’s op diefstal bij de metaalrecyclingbedrijven zelf en is soms zelfs in strijd met milieubepalingen.

Hoe kan het wel?

De MRF werkt mee aan de bestrijding van heling en dus ook aan de opname van diefstalgevoelige metalen in DOR. Maar dan wel op een slimme manier: wat ons betreft worden alleen de contante aankopen van particulieren in DOR geregistreerd. Bedrijven worden immers altijd digitaal uitbetaald en daarmee liggen de gegevens vast: aanbieder, materiaal, aankoopbedrag en datum. Extra registratie in DOR is daarom zinloos. Met deze route vervalt ook de noodzaak om bergen diefstalgevoelige materialen vijf dagen op de werf te laten liggen. Met zo’n aanpak kan de MRF goed leven. Bovendien: een landelijk DOR juichen we toe, omdat dat voorkomt dat gemeenten hun eigen DORvariant bedenken. Dat is nu nog het geval.

Hoe nu verder?

Na jaren overleg met medewerkers van politie en ministerie is het voorstel eind vorig jaar in de Tweede Kamer beland. De minister stuurde haar voorstel naar de Tweede Kamer en vervolgens zijn Kamerleden aan zet. Zij besloten een Ronde Tafel te organiseren om te horen wat de markt maar ook wetenschappers van het voorstel vonden. In het vorige nummer van Circulaire kon u lezen dat Peter Roest het MRF-standpunt naar voren bracht. De wetenschappers hadden zeer kritische vragen over het voorstel, bijvoorbeeld: ‘wat wilt u bereiken en hoe gaat u handhaven?’ De Tweede Kamer zal haar bevindingen, vragen en suggesties naar de minister sturen. Er volgt dan een afrondend plenair debat in de Kamer over het wetsvoorstel, mogelijk nog voor de zomer.

Hoe loopt dit af?

Diefstalgevoelige metalen zullen ongetwijfeld worden opgenomen in DOR. De vraag is niet of maar hoe: wordt er met onze praktische bezwaren en suggesties rekening gehouden? Daar blijven wij op aandringen. We weten het over een paar maanden.

Jules Wilhelmus

Gepubliceerd in de MRF Circulaire mei 2023